Het werd een avondje decadent buchten( overdadig eten en drinken); champagne, mooie wijn, dikke entrecotes en als afsluiting koffie met liefde. Deze Bachusavond resulteerde erin dat ik de volgende ochtend redelijk muf van de wijn en de korte nachtrust weer op pad ging. Prachtig weer en een schitterende tocht van 33 km langs beekjes, velden en Waalse dorpen. In het bos werd ik door een aardige, oude, tandloze man gewaarschuwd voor een gros sanglier solitaire die in het bos rondzwerft. Gewapend met stokken trek ik verder, helaas het zwijn en ik ontmoeten elkaar niet
In Wallonie werd het wat moeilijker om een slaapplaats te vinden, waardoor ik soms zeer lange afstanden moest lopen om een camping te vinden. Zo ook in Soulme. De enige overnachting aldaar was een logement de ferme. Het logement had nu geen bedden, maar ik kon wel slapen op de ballots. Wat dat ook moge zijn, maar je kunt er op slapen. Uiteindelijk blijken de ballots strobalen te zijn in een stal tussen het vee. 's-Nachts is het een beetje wennen tussen al die poepende en piesende koeien, maar dat gaat goed, echter het werd weer een koude nacht en voor het ochtendgloren lag ik met al mijn kleren aan in de slaapzak op het stro. 's-Ochtends zeer goed ontbeten met kaas, ham, boter a la maison, dus goedgemutst en enigszins omgeven door boerderijlucht weer op pad.
Het weer is tot nu toe subliem geweest, elke dag zon en een strakblauwe hemel. Het zomerse weer heeft er voor gezorgd dat ik alzeer gebronsd ben. Het enige nadeel is dat er veel water gedronken moet worden want door mijn extra rustdag in Brussel, ik wil de "verloren" tijd inhalen, verlies ik ongeveer een liter vocht per uur. Meestal vraag ik in een café of mijn waterzak kan worden bijgevuld, zo ook in een plaats net over de Franse grens.
In het café aangekomen zit daar de plaatselijke familie Tokkie... Voor de gein hield een van de neven een brandende aansteker bij het haar van zijn oom, dat direct in brand vloog. De oom reageerde hierop zeer adequaat door zijn bierflesje naar zijn neefje te gooien. Welk het beoogde doel miste, maar mij trof. Hierop wilde neef II oomlief aan vliegen wat hem werd belet door ma Tokkie. Ik heb maar snel mijn koffie betaald en ben door gelopen naar het volgende dorp, waar ik monsieur De Gaulle trof. Zo noemde ik hem vanwege de overdadige de Gaulle-iconen in zijn huis. Ik had meneer aangesproken met de vraag of er ergens een camping was, omdat de B&B gesloten was op zondag. Hierop bood hij aan dat ik de tent wel in zijn tuin mocht opzetten. De Gaulle vroeg of ik al gegeten had, want het was inmiddels al na achten. Met mijn antwoord dat ik nog brood en kaas in mijn tas had, nam hij geen genoegen. Wie zover wandelt, moet goed eten. Dus moest ik mee naar zijn broer die een goed kok is. Daar werd er voor mij nog een volledige maaltijd klaar gemaakt, voorzien van lekkere wijn. Na het eten moest ik nog de regionale kaas en de zelfgemaakte taart proeven. Inmiddels was het elf uur en wilde ik echt wel mijn tent op zetten. Echter de maaltijd moest nog wel afgesloten worden met een eau-de-vie, na drie borrels zat er bij mij weinig leven meer in.
Tot mijn grote spijt kan mijn vader mij niet vergezellen, hetgeen echt heel jammer is. Zeker omdat de Ardennen ontzettend mooi zijn en het elke dag heerlijk weer is. Dus nu alleen tot aan Reims gewandeld waar ik een rustdag ga houden en mijn verjaardag ga vieren. Ben nu bijna een maand op weg en heb al bijna 800 km afgelegd.
Johan van Rootselaar